Wetenschappers hebben ontdekt dat het HIV-virus zich kan nestelen in beenmerg. Daar ‘verstopt’ het zich, zodat medicijnen er geen vat op kunnen krijgen.

Het HIV-virus kan tegenwoordig vrij aardig geremd worden, maar men is er nog niet in geslaagd om een HIV-geïnfecteerde weer geheel te genezen. Dat komt onder andere doordat het virus zich verstopt op bepaalde plekken waar medicijnen simpel gezegd niet bij kunnen.

Kathleen Collins van de Universiteit van Michigan heeft een nieuwe ‘verstopplek’ van het virus gevonden. HIV nestelt zich in het beenmerg van zijn drager, om vanuit daar steeds weer voor een nieuwe HIV-infectie te zorgen. Gevolg is dat iemand met HIV gedurende zijn hele leven HIV-remmers moet slikken. De huidige medicatie is niet in staat om daar iets tegen te doen.

Het is belangrijk om erachter te komen waar in het menselijk lichaam het HIV-virus zich schuilhoudt. Vind deze schuilplaats en je vindt de bron van de infectie. En dat kan er op de lange termijn voor zorgen dat HIV/AIDS-patiënten kunnen stoppen met slikken van hun medicijnen op het moment dat de infectie verdwenen is, en dus ook niet meer terugkomt. Vooral goed nieuws voor de talloze patiënten in Afrika, waar vaak niet genoeg goede HIV- of AIDS-remmers beschikbaar zijn.

Eerder was al bekend dat HIV zich kan schuilhouden in speciale bloedcellen en in T-geheugencellen. Ondanks de recente ontdekking van het met HIV geïnfecteerde beenmerg wil onderzoekster Collins graag benadrukken dat er nog een lange weg te gaan is voor de ziekte kan worden uitgeroeid.

Bronnen: University of Michigan, via PhysOrg.com

Beeld: CDC/PHIL