Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Terroristen maken explosieven vaak zelf en criminelen gebruiken regelmatig zwaar vuurwerk om iemand te bedreigen. Karlijn Bezemer zocht voor haar promotieonderzoek naar manieren om profielen van springstoffen op te stellen, zodat daders kunnen worden gepakt en aanslagen te voorkomen zijn.
Het lijken wel kleine dynamietstaven, de elf pikzwarte kokers die in het lab van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) op de tafel van onderzoeker Karlijn Bezemer liggen. Op een foto althans. Want vanwege maatregelen rondom de tweede golf van het coronavirus mag bezoek het gebouw van het NFI in Den Haag niet binnen. Een tekening van een felgroene slang en knalrode letters op iedere koker verraden echter dat de 13 centimeter lange staven geen dynamiet zijn, maar Cobra’s: loodzwaar knalvuurwerk dat in Nederland niet aan consumenten mag worden verkocht en waarmee je een knal kunt veroorzaken die met gemak een brievenbus opblaast. Of een wasmachine, een boom of een tafelmodel-koelkast…
De Cobra 6 – zoals de volledige naam van het vuurwerk luidt – wordt wat kracht betreft vaak vergeleken met een handgranaat. Niet zo heel gek dus dat criminelen die iemand willen intimideren met regelmaat de knalstaven inzetten. Voor politie en justitie is dit zware vuurwerk dan ook een spreekwoordelijke doorn in het oog. Maar ze kunnen ook een aanknopingspunt zijn om een zaak op te lossen. Mede dankzij het onderzoek van Bezemer, die in september aan de Universiteit van Amsterdam promoveerde op Forensic Explosives Intelligence. Tijdens haar promotieonderzoek ontwikkelde ze manieren om de chemische samenstelling van explosieven en zwaar vuurwerk in kaart te brengen. Aan de hand van de profielen die dat oplevert, kan worden onderzocht of vuurwerk, explosieven en de grondstoffen daarvan die bij verdachten thuis aangetroffen worden, overeenkomen met knalstaven die zijn ingezet bij een kraak of een aanslag.
“Vuurwerkmisbruik varieert van vandalisme tot terreur en bedreiging. Maar als je bij een verdachte thuis een aantal Cobra’s vindt, hoe bewijs je dan dat hij datzelfde vuurwerk ook heeft gebruikt bij een misdaad?”, vraagt Bezemer zich hardop af. “De verdachte kan het ook hebben gekocht omdat hij van zwaar vuurwerk houdt. Dat is in het geval van de Cobra 6 alsnog verboden, maar alleen het in bezit hebben van het vuurwerk wil nog niet zeggen dat je het ook hebt gebruikt om iemand te bedreigen of af te persen.”
Dit is het begin van het interview met Karlijn Bezemer te vinden in KIJK 1/2021. Deze editie ligt in de winkel vanaf 17 december tot en met 20 januari.
Meer informatie:
- Universiteit van Amsterdam: Van identificatie naar chemische vingerafdruk van explosieven in forensisch onderzoek
- de Volkskrant: Onlinehandel in cobra’s en andere harde knallers floreert door vuurwerkverbod
- Nederlands Forensisch Instituut: Vuurwerk
- KIJK: Natuurlijke sporen die misdaden helpen oplossen
Tekst: Nick Kivits
Beeld: Allard Faas