In februari meldden we dat Finse onderzoekers vijf flessen bier uit een scheepswrak van begin negentiende eeuw gingen doorlichten. Het onderzoek naar het eerste flesje is inmiddels afgerond en dat leverde een schat aan informatie op over de inhoud van dit 170 jaar oude biertje.
Het doel van het Finse onderzoekcentrum VTT was het recept van het stokoude biertje te achterhalen en als het even kan het brouwsel na te maken. Een heel scala aan analyses werd op het flesje en zijn inhoud losgelaten; van onderzoek naar de pure chemisch eigenschappen tot DNA-tests. Maar misschien wel het belangrijkste doel van de hele onderneming: het aantonen en isoleren van levende gistcellen, wat het opnieuw brouwen van het bier mogelijk moet maken.
Als eerste werd vastgesteld dat het ook echt om bier ging. Dat bleek al uit de bleke gouden kleur, maar de aanwezigheid van typische biersuikers en kruiden als hop gaven de doorslag. Het drinken van de drank is echter niet bepaald aan te raden; de aanwezigheid van zeezout geeft aan dat je eerder een hap zeewater binnen krijgt dan een verfrissende slok bier.
Wat betreft de gistcellen waar de onderzoekers op hoopten: die werden wel aangetroffen, maar hadden de 170 jaar op de bodem van de oceaan helaas niet overleefd. Wel bleek het biertje de robuustere melkzuurbacterie te bevatten. Deze bacterie was vroeger vaak aanwezig tijdens het bierbrouwproces.
Hoewel de resultaten dus ietwat teleurstellend zijn, hebben de onderzoekers nog altijd goede hoop. Binnenkort openen ze een tweede flesje met hopelijk wel die levende gistcellen.
Bron: VTT via PhysOrg.com
Beeld: VTT