Kan diepzeemijnbouw de klimaatverandering tegengaan? Of levert deze manier van grondstoffen winnen vooral een milieuramp op in de oceanen? KIJK vraagt het aan een marien bioloog en een specialist op het gebied van baggeren.
Alleen al op de 4000 tot 5000 meter diepe bodem van de Clarion Clipperton Zone, een gebied in de Stille Oceaan tussen Mexico en Hawaï, liggen naar schatting 27 miljard mangaanknollen. Deze knollen, ook wel polymetallische nodules genoemd, zijn zo groot als aardappelen en zijn samen goed voor tientallen miljarden euro’s aan metalen. Behalve mangaan gaat het daarbij om onder meer koper, nikkel, kobalt en zeldzame aardmetalen. Precies de materialen die de wereld op dit moment hard nodig heeft voor de productie van de batterijen, windturbines, zonnepanelen en elektrische apparaten die de koolstofuitstoot terug helpen dringen.
Geen wonder dat een hele zwik bedrijven, waaronder Nederlandse en Belgische, staan te popelen om deze mangaanknollen van de oceaanbodem op te halen. Maar niet iedereen is blij met deze diepzeemijnbouw.
Wie zijn er niet blij mee? En van wie zijn die mangaanknollen eigenlijk? Je leest het ons dubbeldikke zomernummer. Bestel deze editie eenvoudig via de knop hieronder.
Meer informatie:
- Trouw: Diepzeemijnbouw bedreigt het leven duizenden meters onder water
- ESO Wetenschap: Diepzeemijnbouw, een noodzakelijk kwaad?
- WWF: Diepzeemijnbouw is onnodig: technologie en recycling zijn de oplossing
- KIJK: Ocean Battery slaat energie op de oceaanbodem op
- KIJK: Van de oceaanbodem weten we bar weinig
Tekst: Teake Zuidema
Beeld: ROV-TEAM/GEOMAR/CC BY 4.0