We mailen wat af, elke dag. Maar hoe belandt zo’n elektronisch berichtje eigenlijk op zijn plaats van bestemming?
E-mailverkeer wordt verzorgd door mailservers: grote computers met de specifieke taak om mail te versturen en ontvangen. Stel we sturen vanuit de KIJK-redactie een mailtje naar Niels Huijbregts van XS4ALL (nielsh@xs4all.nl), die we voor deze vraag hebben geraadpleegd. Ons mailprogramma maakt dan verbinding met de mailserver van KIJK, die het mailadres van de geadresseerde scant. Het deel achter de apenstaart, het domein, geeft aan waar de mailserver van de ontvanger te vinden is. In dit geval is dat dus xs4all.nl. Via het Domain Name System (DNS, een enorme, internationale database) zoekt de versturende mailserver uit bij welke ontvangende mailserver e-mail voor xs4all.nl moet worden afgeleverd.
In het geval van xs4all.nl ziet het DNS vier mailservers (grote organisaties hebben er meestal meerdere om problemen met overbelasting en uitval te voorkomen). Van die vier mailservers staan in het DNS ook de IP-adressen. Het IP-adres is een numerieke code op internet die voor elke computer uniek is, bijvoorbeeld 194.109.24.132. De verzendende mailserver heeft nu genoeg informatie om het bericht te kunnen afleveren: hij begint met het eerste van de vier IP-adressen en als dat niet lukt, probeert hij de volgende.
Eenmaal bij XS4ALL gaat het bericht door een spamfilter. Vervolgens kijkt de ontvangende mailserver naar het deel van het mailadres vóór de apenstaart, om te zien in welke postbus hij het bericht moet afleveren: in dit geval de postbus ‘nielsh’. Niels opent het mailtje en leest: “Beste Niels, Zou jij me kunnen helpen bij het beantwoorden van een vraag over het verzenden van een e-mailtje…?”
Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK antwoordt’? Mail hem naar info@kijk.nl!