Onderzoekers hebben vastgesteld dat mensen vaak te veel of te weinig verkoudheidsmedicijnen zoals hoestdrank innemen. De oorzaak: het formaat van de gebruikte lepel.
Bij dit onderzoek, geleid door Brian Wansink van het Cornell University Food and Brand Lab, kregen 195 proefpersonen de opdracht om 5 milliliter medicijn (oftewel een theelepel) op een middelgrote en op een grote lepel schenken. Gekeken werd of de proefpersonen goed in konden schatten hoeveel 5 milliliter is. Niet echt dus: op de middelgrote lepel kwam 8 procent minder dan was voorgeschreven, op de grote lepel kwam 12 procent te veel.
Bovenstaande verkeerde inschatting is volgens de onderzoekers een voorbeeld van de optische illusie die het size-contrast effect wordt genoemd. Hierbij wordt één object gebruikt om de afmetingen van een ander object in te schatten. In dit geval lijkt een theelepeltje aan hoestdrank heel weinig als je die hoeveelheid in een grote lepel giet, waardoor je meer hoestdrank neemt dan de bedoeling was. Gebruik je een kleinere maatlepel, dan treedt juist het tegenovergestelde op.
Nu lijkt het misschien niet zo erg om 12 procent te veel hoestdrank te drinken. Maar volgens Wansink kan het wel degelijk gevaarlijk zijn, vooral als je elke keer dat je het medicijn neemt dezelfde fout maakt. Bovendien waren de proefpersonen gezonde mensen die de lepel volschonken in een goed verlichte kamer. Iemand die zich niet lekker voelt en ’s nachts bij slecht licht een medicijn inneemt, zou wel eens veel grotere fouten in de dosering kunnen maken.
Toch lijkt ook dan het gevaar nog wel mee te vallen. Hoestdrank kan inderdaad een aantal vervelende bijwerkingen hebben, bijvoorbeeld misselijkheid, kans op een verhoogde bloeddruk en het vasthouden van vocht. Maar om daar echt last van te krijgen zou een volwassene meer dan 90 milliliter per dag in moeten nemen, terwijl een dagelijkse dosering ongeveer 5 tot 20 milliliter is. Je zou dus haast met een soeplepel of iets dergelijks moeten meten om echt in de problemen te komen…
Bronnen: LiveScience