De afgelopen tien jaar zijn in landen als Pakistan en Jemen honderden mensen gedood. Niet door boze buren of rivalen, maar door de CIA. Met onbemande vliegtuigen voert de Amerikaanse spionagedienst geheime aanvallen op terroristenleiders uit. Wat zit er achter deze ongekende én omstreden ‘licence to kill’?
Abdulrahman al-Awlaki is zestien jaar. Kort na zijn geboorte, in de Verenigde Staten, is hij met zijn familie naar Jemen verhuisd. Zijn vader is een radicale imam, maar zelf heeft hij meer belangstelling voor sport, muziek en Facebook. Op 14 oktober 2011 zit hij met een paar vrienden op een terras van een restaurant in de hoofdstad Sana.
Wat Abdulrahman niet weet, is dat hij live te zien is op een beeldscherm aan de andere kant van de wereld – op een militaire basis in de woestijn van Nevada, via een onbemand vliegtuig dat het restaurant in het vizier heeft. Als de jongen het gezoem van het toestel hoort, kijkt hij naar boven en ziet in een fractie van een seconde een raket naderen die het hele terras in een puinhoop verandert. Inclusief Abdulrahman en meer dan tien anderen.
De Amerikanen dachten dat er een belangrijke terrorist in het restaurant zat, maar dat blijkt een vergissing. Amerikaanse media pikken het amper op. Vreemd eigenlijk, want Abdulrahman is de eerste Amerikaanse tiener die omkomt door een raket van de CIA.
De CIA? Was dat niet die spionagedienst? Die zich ook veel met duistere operaties bezighield, tot het Congres daar in de jaren zeventig een punt achter zette? Ja, die CIA. Want in weerwil van het principe dat alleen het leger geweld mag gebruiken, heeft de CIA zich de laatste jaren op het oorlogspad begeven.
Dit is het begin van een artikel te vinden in KIJK 7/2014. Dit nummer ligt in de winkel van 28 mei tot en met 25 juni.
Meer informatie:
- Uitzending gemist: Duivelse dilemma’s – DRONE, film van Jaap van Heusden uit 2011
Tekst: Frank Mulder
Beeld: AFP/ANP