In januari 1968 kregen de Amerikaanse soldaten in Vietnam de schrik van hun leven toen de vijand een massale verrassingsaanval, het Tet-offensief, lanceerde. Maar naast het Vietnamese Tet-offensief waren er in 1968 nog drie onaangename verrassingen waar de Verenigde Staten mee te maken kregen.
23 januari
De Noord-Koreaanse marine overmeestert de USS Pueblo, een Amerikaans spionageschip, omdat het in de territoriale wateren zou hebben gevaren. Pas elf maanden later komt de bemanning op vrije voeten. Sinds 2013 doet de opgekalefaterde Pueblo in de Noord- Koreaanse hoofdstad Pyongyang dienst als toeristische attractie.
4-5 april
Na de moord op de burgerrechtenactivist Martin Luther King gaan in Washington, New York, Detroit, Baltimore, Chicago en tientallen andere steden woedende Afro-Amerikanen de straat op. Het komt tot plunderingen en gevechten met de politie. President Johnson mobiliseert de Nationale Garde. De onrust houdt een paar dagen aan.
5 juni
Drie dodelijke kogels treffen Robert Kennedy, een jongere broer van de in 1963 vermoorde president John F. Kennedy, als hij op verkiezingstournee in Los Angeles is. Ze zijn afgevuurd door de Palestijnse immigrant Sirhan Bishara Sirhan. Diens motief: Kennedy’s pro-Israëlische houding. Sirhan krijgt de doodstraf, die in 1971 wordt omgezet in levenslang.
Dit is een kader uit het artikel ‘Slag gewonnen, strijd verloren’ te vinden in KIJK 2/2018. Deze editie ligt in de winkel vanaf 18 januari tot en met 21 februari.
Tekst: Leo Polak
Meer informatie:
- YouTube: Battlefield Vietnam – The Tet Offensive
- YouTube: Twentieth Century Battlefields – 1968 Vietnam (BBC)
- YouTube: Battlefield Vietnam – Siege at Khe Sanh
- Smithsonian Magazine: Tet – Who won?
- Foreign Policy Research Institute: Tet 1968 – The turning point
- The American Presidency Project: Vietnam-toespraak van president Johnson
Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Bestel dan hier ons nieuwste nummer. Abonnee worden? Dat kan hier!