Arbeiders in de Congolese palmnoten-industrie komen in 1931 in opstand tegen de gevaarlijke, zware werkomstandigheden, slechte behandeling, lage vergoeding en hoge belastingen die ze moeten betalen. Dit leidt tot een confrontatie tussen het Pende-volk en het Belgische gezag, waarbij een Belgische ambtenaar wordt gedood. De strafexpeditie die hierop volgt, is genadeloos en bloedig.
Een troepenmacht van zo’n duizend man trekt het gebied in. Het leger is veel beter bewapend dan de plaatselijke bevolking. De inheemsen gebruiken veelal pijl en boog, de Belgen moderne vuurwapens. De Pende maken geen schijn van kans. Hoeveel Pende-slachtoffers er precies vallen, is niet bekend. Schattingen lopen uiteen van 400 à 500 tot een veelvoud daarvan. Aan Belgische zijde vallen naast de ene ambtenaar verder geen slachtoffers.
Beeld: KITLV