DNA-onderzoek wordt steeds vaker toegepast om een moordenaar op te sporen. In het boek Kroongetuige DNA wordt de ontwikkeling van dit onderzoek in Nederland beschreven.

DNA is vandaag de dag niet meer weg te denken uit moordonderzoek. In 1989 werd DNA-onderzoek in het Nederlandse strafrecht geïntroduceerd en sindsdien heeft het zich steeds verder ontwikkeld. Onderzoeker Lex Meulenbroek en journalist Paul Poley beschrijven in Kroongetuige DNA hoe dit onderzoek door de jaren heen is verbeterd en wat voor rol het heeft gespeeld in het oplossen van moordzaken.

Zij leggen dit uit aan de hand van bekende misdrijven, zoals de moord op Marianne Vaatstra en de Puttense moordzaak. De schrijvers laten verschillende betrokken personen – nabestaanden, rechercheurs, DNA-onderzoekers – aan het woord. Zo komt ieder hoofdstuk een misdrijf aan de orde die, soms na tientallen jaren, is opgelost door het toepassen van DNA-onderzoek.

Voor de die-hards die dieper inzicht willen in de verschillende DNA-technieken staat aan het eind van ieder hoofdstuk een uitgebreide uitleg hierover. Dit geeft een fijne balans tussen de persoonlijke verhalen en de wetenschappelijke kant van het DNA-onderzoek.

**** | 505 pagina’s | €24,90 (paperback), €14,99 (ebook)

Tekst: Naomi Jansen