Mensen hebben jaren nodig om de lichaamslengte van een volwassene te bereiken. Nieuw onderzoek wijst uit waarom.
In tegenstelling tot andere zoogdieren duurt het bij ons mensen erg lang voordat we de lengte van een volwassene bereiken. Onderzoekers van de Northwestern Universiteit hebben nu ontdekt waarom wij niet even snel groeien als onze verwante diersoorten: als kind gebruiken wij de meeste energie om onze hersenen te ontwikkelen en niet om groter te worden.
Verband
Voor het onderzoek gebruikten de wetenschappers bestaande gegevens van mensen die vanaf hun geboorte tot aan het moment dat ze volwassen waren PET- en MRI-scans moesten ondergaan. Deze scans lieten zien hoeveel glucose de hersenen opnamen op een bepaalde leeftijd. Deze gegevens vergeleken de onderzoekers met de groei van de desbetreffende personen, om te kijken of er een verband bestond tussen de hoeveelheid energie die de hersenen opnamen en de groeisnelheid.
En dit verband bleek inderdaad te bestaan. Op de momenten waarbij de meeste calorieën werden opgenomen door het brein, groeiden de mensen het traagst.
Energiemonster
Voorheen werd gedacht dat het brein de meeste energie opeist wanneer je net wordt geboren. Dan zijn de hersenen namelijk erg groot vergeleken met het lichaam. Maar deze aanname werd tijdens dit onderzoek van tafel geveegd. De wetenschappers ontdekten dat het brein de meeste glucose tot zich neemt, wanneer kinderen vier jaar oud zijn. De hersenen slokken dan 66 procent van de binnengekomen calorieën op en het lichaam groeit dan het langzaamst.
Dit blijkt niet zo verrassend. Op deze leeftijd leren kinderen namelijk erg veel nieuwe dingen. Zo gaan ze naar school wanneer ze vier jaar oud zijn en krijgen ze zoveel indrukken te verwerken dat het brein optreedt als ‘energiemonster’. En dit gaat ten koste van het aantal centimeters de hoogte in.
Bronnen: PNAS, Northwestern University via Eurekalert!
Tekst: Naomi Jansen