In China wordt al jaren hard gewerkt aan het South-North Water Transfer Project. Een van de te nemen hobbels was de aanleg van een enorme tunnel. En die is nu bijna klaar.

Het South-North Water Transfer Project moet jaarlijks 44,8 miljard kubieke meter water uit de Yangtze-, de Gele en de Hanjiang-rivier via drie nieuwe waterwegen van het nattere zuiden van China naar het droge noorden brengen. En daar heeft de Chinese regering veel voor over. Die heeft er inmiddels 115 miljard yuan (13 miljard euro) in gestoken en alles bij elkaar gaat het project China zo’n 44 miljard euro kosten. Wanneer het in 2050 klaar is, zijn bovendien 330.000 mensen gedwongen verhuisd.

De centrale route van het omstreden project is het verst gevorderd. De grootste uitdaging daarbij was het eerste stuk vanaf de Hanjiangrivier, waar een enorme tunnel (8,5 meter in diameter en 7 kilometer lang) moest worden aangelegd. Deze transporteert het water van de Hanjiangrivier onder de Gele Rivier (de Huanghe) door naar een plek aan de rand van het Huanghuaihai-plateau. Van daaruit zorgt de zwaartekracht ervoor dat het water via kanalen in het 1000 kilometer verderop gelegen Beijing terechtkomt.

Het plan was om de centrale route al voor de Olympische Spelen in 2008 klaar te hebben, maar dat lukte bij lange na niet. De nieuwe streefdatum voor dit deel is 2014.

Bronnen: NSBD, watertechnology.net

Beeld: www.gov.cn