Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Last van plaagdieren die aan je bladeren knagen? De geur van lieveheersbeestjes doet ze op de vlucht slaan. En dat luchtje is nu nagebootst in het lab.
Bladluizen die planten en gewassen aanvreten, zijn de nachtmerrie van elke tuinder en boer. En met een beetje pech brengen ze ook vervelende ziektes over. Het ongedierte bestrijden met chemische pesticiden is slecht voor het milieu en bovendien lastig, want het wordt steeds resistenter tegen dit soort middelen. Gelukkig denken wetenschappers ook na over natuurlijke bladluisbestrijding. Zo hebben onderzoekers van de Pennsylvania State University (VS) de geur van de vijand van de bladluis, het lieveheersbeestje, geïsoleerd en in een soort spray gestopt.
Lees ook:
Geurmoleculen
Lieveheersbeestjes zijn dol op bladluizen. En dat weten die laatste maar al te goed. Zodra ze de geur oppikken van hun vijand, weten de bladluizen welke planten ze moeten vermijden. Bovendien verandert hun hele fysiologie: ze planten zich langzamer voort en ze krijgen sneller vleugels, zodat ze weg kunnen vliegen van de voor hen gevaarlijke situatie.
De vraag die het onderzoeksteam zichzelf stelde was: geldt deze ‘angst’ ook voor de geïsoleerde geurmoleculen van het lieveheersbeestje zelf? Om die vraag te beantwoorden, haalden hoofdonderzoeker Sara Hermann en collega’s eerst de juiste geurstoffen uit het lijf van een lieveheersbeestjes.
Voelsprietmeter
Vervolgens verbonden de wetenschappers de voelsprieten van diverse bladluizen met een zogenaamde elektro-antennogram (EAG)-machine. De bladluizen werden daarna blootgesteld aan de individuele geurmoleculen, waarna hun reactie werd gemeten met hulp van het apparaat.
De sterkste reacties kwamen op een groep moleculen die wordt aangeduid met methoxypyrazines. Blootstelling aan een mengsel van drie van deze stoffen gaf vergelijkbaar gedrag als de bladluizen vertoonden wanneer ze lieveheersbeestjes in de natuur tegenkomen.
Tenslotte losten Hermann en haar team de geurmoleculen op in essentiële oliën en daar maakten ze een spray van die ze binnenkort gaan testen buiten het lab: in een tuin of op een veld met gewassen. Een samenwerking met een fabrikant die de geursprays daadwerkelijk verder moet gaan ontwikkelen – voor commercieel gebruik door tuinders en boeren – zou ook al aanstaande zijn.
Positiever beeld?
“De gebruikte technieken zijn een goede manier om te testen wat goede geuren zijn en wat die doen met de insecten”, reageert insectdeskundige Jeroen Alkema (voorheen Universiteit Wageningen) op het onderzoek. Zelf heeft hij ook jarenlang gewerkt aan kandidaatsgeuren om ongedierte te verjagen. “Deze studie biedt veel potentie voor vervolgonderzoek en biedt een mogelijke oplossing voor de resistente pesticide-problematiek.”
Toch zegt hij dat de geurmoleculen die zijn ontdekt zelf niet vernieuwend zijn. “Methoxypyrazines staan al bekend om hun insectenafstotende werking”, geeft ook Alkema’s collega Rob van Tol aan. “Dat ze desondanks nog steeds niet actief gebruikt worden in tuinen en op velden, geeft het probleem van de registratie weer. Qua toxiciteit voor de mens worden ze niet echt goed beoordeeld. Maar veel hangt af van de concentratie en de tijdsduur van blootstelling.” Wellicht dat dit onderzoek kan bijdragen aan een positiever beeld over deze bestrijdingsmiddelen.
Sara Hermann presenteerde haar onderzoeksresultaten op een virtuele bijeenkomst van de American Chemical Society (ACS) deze week:
Bronnen: ACS.org, ZME Science