Microbes op de Noordpool blijken een grote rol te spelen bij het smelten van gletsjers.
De huidige modellen die het smelten van de ijskappen beschrijven kloppen niet. Dat concluderen wetenschappers van Aberystwyth-universiteit. Er wordt namelijk geen rekening gehouden met arctische bacteriën die het smelten van gletsjers versnellen.
Zonnebaders
Het was al bekend dat cryoconite – een bodemachtige stof die bestaat uit gruis en roet – het smelten van gletsjers versnelt. Dit komt door de donkere kleur van cryoconite, waardoor het meer zonlicht opneemt. Als gevolg smelt het ijs en ontstaan met water gevulde gaten.
Maar ook een biologische factor speelt een belangrijke rol. “Tijdens ons onderzoek in Svalbard, Noorwegen hebben we voor het eerst de rol van zogenoemde fotosynthetische bacteriën kunnen aantonen”, mailt hoofdonderzoeker Arwyn Edwards.
Deze bacteriën zijn echte zonnebaders; ze gebruiken de zon als bron van energie. Alleen versnellen ze daarmee wel het smelten van de ijskappen. Dit komt doordat de ‘cryoconite-gaten’ vervormen en dieper worden tijdens de zoektocht van de microbes naar zonlicht.
Klimaatmodellen updaten
Huidige klimaatmodellen houden geen rekening met de impact van dit soort bacteriën op het smelten van de ijskappen. “Gletsjermodellen moeten niet alleen bedacht zijn op cryoconite, maar ook de biologische effecten opnemen”, stelt Edwards. “Op die manier kunnen ook toekomstige zeespiegelstijgingen beter worden begrepen.”
Bronnen: Frontiers in Earth Science, Progress in Physical Geography (pdf), Society for General Microbiology via EurekAlert!
Beeld: James Balog