Vissen die kleiner en zwakker zijn dan hun soortgenoten, vergroten hun kans bij de dames door homoseksueel gedrag te vertonen.

Volgens wetenschappers van de Universiteit van Frankfurt is het voor een vrouwtjesvis aantrekkelijker om met een mannetje te paren dat eerder met anderen heeft gepaard – of dat nu vrouwtjes of mannetjes waren. Dit zou zo zijn omdat vissen vaak de keuzes van anderen kopiëren, een verschijnsel dat bekend staat onder de naam mate choice copying.

De wetenschappers onderzochten de zoetwatervis Poecilia mexicana, een tropische tandkarper uit wateren bij Mexico. Tijdens de test zagen de onderzoekers dat vooral de grote, mooi gekleurde vissen de meeste vrouwtjes kregen. Om op te boksen tegen deze ‘gespierde mannen’ vergroten de kleinere mannetjes hun paringskans door zich met elkaar bezig te houden. (Hoe, vraag je je misschien af? De wetenschappers merkten op dat deze ‘homovissen’ elkaar vooral oraal bevredigen. Waarschijnlijk omdat ze dit ook bij de vrouwtjes doen voorafgaand aan de daad.)

Waarom homoseksualiteit?

Hiermee geven de wetenschappers mogelijk antwoord op de vraag waarom homoseksualiteit voorkomt onder vissen. Deze vraag wordt gesteld, omdat men er oorspronkelijk van uitging dat de voortplantingskwaliteit van mannetjes juist achteruit gaat bij homoseksualiteit.

De in het onderzoek geciteerde Woody Allen krijgt zo nog gelijk met zijn uitspraak “biseksualiteit verdubbelt in één klap je kansen op een afspraakje op zaterdagavond.”

Bron: Biology Letters

Beeld: Juan Miguel Artigas Azas