Brandganzen in Nederland investeren meer energie om gezond te blijven dan hun soortgenoten in het verre noorden.
Nederlanders hebben er al heel wat mee te stellen gehad: ganzen. Voor mensen die overlast ondervinden aan deze dieren is het maar goed dat sommige van deze vogels naar het verre noorden migreren om daar te broeden. Maar dit doen ze niet om de mensen te plezieren. Maar waarom dan wel? Onderzoekers van eigen bodem hebben een nieuwe mogelijke verklaring gevonden: ganzen in Nederland verbruiken meer energie om te zorgen dat ze niet ziek worden dan de dieren in het noorden.
Immuunsysteem
In de loop der jaren zijn meerdere verklaringen de revue gepasseerd. Vogels zouden naar het noorden migreren, omdat ze in deze gebieden langer van het daglicht kunnen genieten of omdat er minder roofdieren zijn. Onderzoekers van de Universiteit van Groningen en het NIOO-KNAW Vogeltrekstation besloten het mysterie te onderzoeken bij brandganzen.
Ze vergeleken onder andere de bloedwaardes van de broedende ganzen in Spitsbergen â een eilandengroep in de Noordelijke IJszee â met de waardes van dezelfde ganzensoort die in Nederland op zijn eieren zat. Hieruit bleek dat het immuunsysteem van de Nederlandse dieren op vollere toeren draaide dan dat van de Spitsbergse ganzen.
Evenveel jongen
Je zou verwachten dat de ganzen door de extreme omstandigheden op Spitsbergen, zoals de lage temperaturen, juist meer energie moeten investeren om zichzelf gezond te houden. Toch blijkt dit niet het geval. âDoor de extremen zijn ook veel parasieten niet in staat om te overleven en een minder actief immuunsysteem is hier dan ook te veroorlovenâ, vertelt hoofdonderzoeker Cecilia Sandström. âIn Nederland is het klimaat veel milder, zodat ziekteverwekkers kunnen worden overgebracht.â
Doordat Nederlandse brandganzen meer energie stoppen in hun immuunsysteem, groeien hun nakomelingen minder snel. âWanneer je weinig energie investeert in het niet ziek worden, kun je deze energie in andere activiteiten stoppen, zoals groeienâ, legt Sandström uit. âDe ganzen in Nederland hebben deze luxe niet.â
Maar, spijtig genoeg voor de mensen die hinder aan de dieren ondervinden, zorgt het er niet voor dat de Nederlandse vogels minder jongen krijgen. Het aantal nakomelingen is op beide gebieden aan elkaar gelijk.
Bronnen: Plos One, Universiteit van Groningen via Eurekalert!
Beeld: Jouke Prop