Een parasitaire vlieg blijkt bijen een behoorlijk onsmakelijke dood te bezorgen – en is bovendien mogelijk een oorzaak van de ‘bijenverdwijnziekte’.
Het klinkt als een scenario voor een horrorfilm, maar dan met insecten in de hoofdrol: een bij wordt tijdens het verzamelen van nectar geïnfecteerd met een parasiet en verlaat vervolgens ‘s nachts haar nest. Daarna begint ze zich steeds meer als een zombie te gedragen, totdat ze niet meer kan lopen en uiteindelijk sterft. Zeven dagen na haar dood barst haar hals open (zie de foto bij dit bericht) en kruipen er tot dertien larven uit. Larven die, als ze over een tijdje volwassen zijn geworden, hun eigen eitjes kunnen gaan leggen in andere bijen.
Dit gruwelijke verhaal blijkt zich behoorlijk vaak af te spelen, in elk geval in de Amerikaanse staten Californië en South Dakota, zo ontdekten wetenschappers van San Francisco State University. De schuldige: de vlieg Apocephalus borealis, die zijn eitjes in bijen blijkt te leggen.
Vervormde vleugels
Wat de parasiet doet, levert niet alleen de bijen die hij als kraamkamer gebruikt een bijzonder onsmakelijke dood op. Ook lijkt het erop dat de vlieg de bijen besmet met het deformed wing virus (het ‘vervormde-vleugel-virus’) en de schimmel Nosema ceranae. Beide worden genoemd als oorzaken voor het recente verschijnsel colony collapse disorder, waarbij hele bijenvolkeren kunnen verdwijnen. Het kan dus zomaar zo zijn dat de A. borealis-vlieg hier een belangrijke rol in speelt.
Een andere intrigerende kwestie is of de besmette bijen uit eigen beweging hun volk verlaten, of door hun soortgenoten worden weggestuurd. Nieuw onderzoek, dat onder meer gebruik zal maken van radiozendertjes op bijenformaat en video-opnames, zal deze en andere vragen rond de bijenziekte moeten beantwoorden.
Het bovenstaande kwam overigens bij toeval aan het licht. Biologieprof John Hafernik had een bidsprinkhaan meegenomen van een excusie en zocht rond zijn universiteit naar insecten die hij zijn nieuwe huisdier kon voeren. Onder andere verzamelde hij een aantal bijen, die hij in een potje bewaarde op zijn kantoor. Toen Hafernik een paar dagen later het potje weer bekeek, zaten er ineens allerlei poppen van vliegen in. Wat het startschot bleek voor een uitgebreid onderzoek, dat nu een publicatie in het tijdschrift PLoS One heeft opgeleverd.
Bronnen: PLoS ONE, San Francisco State University via PhysOrg.com
Beeld: John Hafernik