Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Dinosaurussoorten waren klein óf gigantisch. De middelmaatjes ontbraken veelal, omdat jonge carnivoren hun het eten voor de neuzen wegpikten.
Vrijwel alle diergroepen van nu kennen eenzelfde verdeling: er zijn veel kleine soorten, iets minder middelgrote en nog minder grote soorten. Maar dat was bij de dinosauriërs, met name de carnivoren, die miljoenen jaren geleden over onze aardbol slenterden, heel anders. Doorgaans waren de soorten klein, niet groter dan een flinke kip, of héél groot. Middelmaatjes zag je weinig.
Volgens paleontologen zou dat ‘gat’ te wijten zijn aan de jongen van grote carnivoren. Deze hongerige pubers, zo schrijven de onderzoekers in vakblad Science, drukten zo’n stempel op de omgeving, dat er voor andere, middelgrote soorten, weinig overbleef.
Lees ook:
Giganten
De paleontologen, verbonden aan de Universiteit van Nieuw-Mexico, onderzochten met fossieldata van meer dan 550 soorten, 43 dinosaurusgemeenschappen van over de hele wereld, verdeeld over 136 miljoen jaar. Carnivoorsoorten met een geschat volwassen gewicht tussen 100 en 1000 kilogram, bleken in veel van deze gemeenschappen zeldzaam of zelfs helemaal niet aanwezig. En dat is, als je het vergelijkt met de vleeseters van nu, op z’n minst bijzonder.
Volgens de onderzoekers ligt de verklaring voor deze afwijkende soortenverdeling mogelijk bij de allergrootsten: de zogenaamde megatheropoda. Bij gemeenschappen met deze gigantische vleeseters, zoals de Tyrannosaurus rex, Allosaurus en Gorgosaurus, was het gebrek aan middenmoten het duidelijkst.
Klein begonnen
Het waren niet zozeer de meer dan 10 meter grote, 4000 kg wegende volwassen megatheropoda, maar hun jongen, zo schrijven de onderzoekers. Uit een ei gekropen, begonnen alle dinosauriërs klein – zelfs de heel grote. Zo groeide een T. rex vanaf een flinke huiskat door de jaren heen uit tot zijn indrukkende volwassen 13 meter.
Tijdens hun ‘pubertijd’ wogen deze carnivoren ergens tussen de 100 en 1000 kg. Inderdaad: ze vielen precies in dat ‘gat’ van de ontbrekende middelgrote vleeseters. En dus concurreerden de jonge megatheropoda waarschijnlijk direct met de volwassen middenmootsoorten. Die ‘wedstrijd’ hebben de pubers gewonnen.
“Leuk om te zien dat dit patroon ook op andere vindplaatsen terugkomt”
Dino-expert Anne Schulp (Naturalis)
Middenmoot vleeseter
Een interessant patroon, en interessante verklaring van de onderzoekers, vindt dino-expert Anne Schulp (Naturalis Biodiversity Center), niet betrokken bij de studie. “We kenden het ‘gat’ tussen de heel grote vleeseters en het veel kleinere grut al bij veel dinosaurusfauna’s. Deze onderzoekers hebben echter naar een nog veel bredere dataset gekeken. Het is heel leuk om te zien dat dit patroon ook op andere vindplaatsen weer terugkomt.”
“Wat in dit perspectief ook boeiend is”, vervolgt Schulp, “is dat het een knagende vraag over een middenmoot-vleeseter uit Noord-Amerika nog actueler maakt. Uit het einde van het dinotijdperk kennen we in westelijk Noord-Amerika naast Tyrannosaurus rex ook de wat kleinere vleeseter Nanotyrannus. Er woedt al enige tijd een -nogal verhit- debat over of dat een aparte soort is, of wellicht een jonge Tyrannosaurus.”
Overigens, zo besluit de paleontoloog, “is ook als Nanotyrannus een aparte soort blijkt, het ‘gat’ tussen T. rex en de rest nog steeds behoorlijk opvallend.”
Bronnen: Science, EurekAlert!, New Scientist
Beeld: UNM Biology