Een opmerkelijk bericht: zoogdieren lijken het geslacht van hun nakomelingen te kunnen ‘kiezen’ om uiteindelijk meer kleinkinderen te krijgen.
Een mooiere tweedeling in de natuur bestaat bijna niet: de kans op een jongetje (of meisje) is ongeveer 50 procent. Toch lijkt dat bij zoogdieren niet helemaal op te gaan. Onderzoekers van de Stanford-universiteit (VS) bestudeerden namelijk de stambomen van meer dan 2300 dieren en vonden dat de vrouwtjes die relatief meer zonen kregen, ook meer kleinkinderen hadden.
Van bijna tweehonderd soorten uit de dierentuin van San Diego werden de familiebanden opgetekend. Daaruit bleek dat vrouwtjes met een ‘zonen-bias’ (meer dan de helft van hun kinderen is dus man) ongeveer 30 procent meer kleinkinderen hadden gekregen dan vrouwtjes met een zoon-dochterverhouding van 50-50.
Een mogelijke verklaring hiervoor is de status van de ouders. Als een dier gezond is en een dominante positie heeft, dan is het evolutionair gezien slim om een zoon te krijgen. Die tevens succesvolle zonen kunnen vervolgens voor meer kleinkinderen zorgen.
‘Girl power’
Het idee dat ouders hun zoon-dochterverhouding kunnen bepalen, bestond al in 1973. De theorie was echter nog nooit in drie generaties bestudeerd. Dat is nu wel gedaan, waarmee het voor het eerst binnen de wereld van de evolutiebiologie is gelukt om bewijs voor de theorie te vinden.
Nog opmerkelijker is dat het lijkt alsof de vrouwen bepalen wat het geslacht wordt. Wellicht kunnen ze beïnvloeden welke spermacel hun eitje bevrucht. Girl power in het dierenrijk, al blijft de precieze werking onbekend.
Ook bij mensen lijken een paar studies in dezelfde richting te wijzen. In een polygame samenleving krijgen vrouwen met een hogere status bijvoorbeeld meer zonen. En een andere studie, dit jaar gepubliceerd, toonde aan dat Amerikaanse miljardairs een grotere kans op een zoon hadden.
Bronnen: PLOS ONE, Stanford University Medical Center via EurekAlert!
Beeld: Mayankvagadiya/CC BY-SA 3.0