In zelfs de meest minutieus onderhouden woning is het te vinden: huisstof. Maar waar bestaat dit spul eigenlijk uit?
Tijdens het grootste onderzoek naar huisstof tot nu toe werd gekeken naar woningen in zes Amerikaanse staten. Globaal komt 60 procent van het huisstof van buiten. Het dringt binnen via de kieren onder de buitendeur, de ramen, de ventilatieroosters, maar we slepen het vooral onder onze schoenen mee.
De rest is afkomstig van inhuizige bronnen en de samenstelling is afhankelijk van de gezinssituatie en de locatie van het huis. In grote lijnen kun je zeggen dat huisstof bestaat uit huidschilfers, (dierlijke en menselijke) haren, dode insecten (zoals de huisstofmijt), voedselafval, organische vezels van kleding en beddengoed, van buiten meegenomen zand, roet, en deeltjes die bij het koken vrijkomen.
Greenpeace deed in 2001 onderzoek naar de aanwezigheid van persistent organic pollutants in huisstof. POPs zijn stoffen als broom (gebruikt in als vlamvertragende middelen), organotinverbindingen (komen voor in bijvoorbeeld pvc) en ftalaten (weekmakers voor allerlei plastics). De milieuorganisatie vond de concentraties zorgwekkend hoog, maar een deskundige van het Instituut voor Milieuvraagstukken liet in het tv-programma Netwerk weten dat je zeven kilo stof per dag moet inademen om daarvan schadelijke effecten te ondervinden.
Ook een grote vraag? Mail hem naar info@kijk.nl!
Beeld: Stromcarlson