Mag ieder land zomaar delfstoffen van asteroïden winnen?

KIJK-redactie

16 oktober 2023 12:00

Een ‘harvester’ om grondstoffen uit een asteroïde te halen.

Een ‘harvester’ om grondstoffen uit een planetoïde te halen. Mooi bedacht, maar gaat dat zomaar? Anders gezegd: kun je een claim leggen op hemellichamen? Beeld: Bryan Versteeg/spacehabs.com.

Asteroïde Psyche bevat volgens schattingen voor 10.000 biljard dollar aan ijzererts. Mag ieder land dat zomaar delven?

Vorige week vertrok NASA’s ruimtevaartuig Psyche naar de gelijknamige asteroïde. Astronomen denken dat die planetoïde de kern van een verwoeste planeet is. Daarom stuurt de NASA er een satelliet heen; misschien kan Psyche ons meer vertellen over onze aardkern. Maar de asteroïde is ook extreem waardevol. Naar schatting bevat hij metalen die samen meer waard zijn dan de hele wereldeconomie. Hoewel Psyche te ver weg staat (3,5 miljard kilometer) om grondstoffen te verzamelen, zijn er wel bedrijven die plannen maken om delfstoffen op andere asteroïden – die dichterbij zijn – te winnen.

Los van alle technische en financiële beperkingen die er nu nog zijn, is het de vraag of we de ruimte wel leeg mogen trekken. En van wie zijn al die bodemschatten eigenlijk?

Lees ook:

Ruimtewetten

In de Verenigde Staten ondertekende president Obama in 2015 een wet die Amerikaanse burgers en bedrijven het recht geeft om te landen op planeten en planetoïden, daar grondstoffen op te graven en deze in de ruimte of op aarde te verkopen. Maar deze wet erkent ook de internationale verplichting dat niemand zich een planetoïde of een (deel van een) planeet mag toe-eigenen. In Luxemburg is in 2017 eenzelfde wet bekrachtigd.

De Amerikaanse wettekst heeft iets tegenstrijdigs. Maar de geldschieters van Planetary Resources en Deep Space Industries (twee bedrijven die plannen hebben om grondstoffen te delven op asteroïden) gaan er gewoon vanuit dat hiermee het licht voor de particuliere exploitatie van de ruimte op groen staat. “De wet biedt een solide juridische fundering voor de volgende fase van onze onderneming”, zei Chris Lewicki, de directeur van Planetary Resources.

Mag iedereen nu dus maar pakken wat er te pakken valt? Volgens Tanja Masson-Zwaan, universitair docent aan het Instituut voor Lucht- en Ruimterecht van de Universiteit Leiden, is het lastig om hierop een eenduidig antwoord te geven. “De ruimte is in principe van ons allemaal. Daarom moet het gebruik ervan met internationale verdragen en overleg worden geregeld. Het Ruimteverdrag van 1967 geeft aan de ene kant staten de vrijheid om de ruimte te gebruiken, maar stelt ook dat geen land zich de ruimte of hemellichamen mag toe-eigenen.” Dat is dus precies zoals het in de Amerikaanse wet staat: onduidelijk. Inmiddels is er een internationale discussie ontstaan over dit onderwerp.

Een mijnrobot haalt grondstoffen uit een asteroïde om die vervolgens te gebruiken om via 3D-printing een ruimtestation te bouwen.
De toekomst volgens Deep Space Industries: een mijnrobot haalt grondstoffen uit een planetoïde die vervolgens worden gebruikt om met 3D-printing een ruimtestation te bouwen dat al draaiend zwaartekracht genereert. Beeld: Bryan Versteeg/DSI.

Ruimtebelasting

Masson-Zwaan wijst op een basisprincipe in het ruimterecht: het gebruik van de ruimte moet de mensheid als geheel ten goede komen. Maar hoe dan? En valt dit wel te rijmen met nationale wetten die de exploitatie van planetoïden door particulieren toestaan? “Het was vast niet de bedoeling van het Ruimteverdrag dat niemand ooit iets mocht doen met de rijkdommen van planetoïden”, zegt de Leidse juriste. “Ik denk ook niet dat een bedrijf straks ieder grammetje platina van een planetoïde hoeft te verdelen onder 193 landen. Je zou misschien kunnen kiezen voor een internationale belasting op inkomsten uit planetoïden en dat geld dan gebruiken voor ruimteonderzoek.”

Ondanks de huidige meningsverschillen over de exploitatie verwacht Masson-Zwaan dat internationaal overleg tot een oplossing zal leiden. “Uiteindelijk hebben alle landen daar belang bij. Ook Amerikaanse bedrijven zullen zich realiseren dat een nationale wet hun investeringen onvoldoende beschermt.” Maar een nieuw, allesomvattend ruimteverdrag zit er nu even niet in. Masson-Zwaan: “De wereld is een beetje moe van internationale verdragen. Staten willen hun soevereiniteit niet opgeven. Maar ik denk wel dat er internationale afspraken zullen komen over een gedragscode of best-practices voor de exploitatie van de ruimte.”

Planetair wrakhout

Aan zulke afspraken wordt gewerkt door de VN-commissie voor het Vreedzaam Gebruik van de Ruimte. Er zal in de komende jaren antwoord moeten komen op een hele zwik prangende vragen. Mag je een planetoïde naar een nieuwe baan slepen, zodat je de grondstoffen gemakkelijk naar de aarde kunt afvoeren? Wie is aansprakelijk als exploitatie van een planetoïde zulke grote stofwolken veroorzaakt dat telescopen hun werk niet meer kunnen doen? Mag bedrijf X uit land A op een planetoïde landen wanneer bedrijf Y uit land B daar al actief is?

Philip Metzger, planetair natuurkundige van de University of Central Florida, vindt dat we in de ruimte dezelfde regels moeten hanteren als bij Antarctica. “Landen mogen geen grondstoffen winnen op Antarctica; daar zijn internationale afspraken over. Maar afgebroken ijsbergen hebben dezelfde status als wrakhout. Iedereen mag ze naar een haven slepen en gebruiken.” Hij beschouwt planetoïden als ‘planetair wrakhout’, dat iedereen zich kan toe-eigenen. Maar Metzgers idee dat een planetoïde een stuk afval is, zal menig astronoom laten koken van woede.

Dit is een ingekorte en geactualiseerde versie van een artikel uit KIJK 12-2017.

Tekst: Teake Zuidema & Tim Tomassen

Openingsbeeld: Bryan Versteeg/spacehabs.com

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK! 

Meest gelezen


De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."