Is het universum oneindig of komt een ruimtereiziger uiteindelijk weer bij zijn beginpunt uit? Die vraag proberen natuurkundigen te beantwoorden door de oudste straling van het heelal aan een nauwgezet onderzoek te onderwerpen.

Sinds de oerknal zwelt het heelal op als een gigantische ballon. Gaat dat voor altijd zo door? KIJK antwoordt.

De Hubble-telescoop werd vorig jaar dertig: een ouwetje, in telescooptermen. Hoe ziet de nieuwe generatie ruimtekijkers eruit?

Zelfs sterren hebben niet het eeuwige leven. Ze halen soms de vreemdste capriolen uit om zo lang mogelijk te blijven branden. Vier voorbeelden.

Al peinzend op de fiets kwam een KIJK-lezer met een fundamentele kosmische vraag: waarom draait alles?

De kans dat onze wereld echt bestaat, is nét iets groter dan de kans dat we in een simulatie leven, zegt een astronoom uit de VS.

Als we geluk hebben, zien we op zondagavond vanaf elf uur zo’n honderd meteoren per uur.

In het centrum van het melkwegstelsel hebben astronomen restanten van een oeroude botsing met een ander sterrenstelsel gevonden.

Wat krijg je als je een hersenwetenschapper met een astrofysicus laat samenwerken? Een brein dat lijkt op het heelal, en andersom.

De aarde heeft één maan, maar de meeste andere planeten hebben er veel meer: van kolossale ijswerelden met ondergrondse oceanen tot kleine, rondtuimelende rotsblokken.