Hans Hulst loopt met een vraag rond waar hij maar geen antwoord op kan vinden. “Als ze een oud gebouw slopen, moeten de heipalen dan de grond uit? En zo ja, hoe wordt dat dan gedaan?”

Allereerst: natuurlijk heeft niet elk gebouw in Nederland funderingspalen. Die zijn alleen nodig als de draagkrachtige laag – bijvoorbeeld een dikke zandlaag, mergel, krijt of vaste klei – zich niet aan de oppervlakte bevindt, waardoor er kans is op verzakking. Op sommige plekken in ons land kan zo’n vaste laag wel 30 meter diep zitten. En in dat soort gevallen moet er worden geheid.

Heipalen laten zitten

Als je weleens in de buurt van een heimachine hebt gestaan, weet je met hoeveel geweld de heipalen de grond in worden gemept. En dan kun je je voorstellen hoe lastig het moet zijn om zo’n enorme betonpaal er weer uit te krijgen. Gelukkig kan een constructeur de nieuwe heipalen meestal zo plaatsen dat de oude kunnen blijven zitten.

“Vaak is het ook een slecht idee om een paal uit de grond te halen”, zegt Harrie Dieteren van CRUX Engineering. “Je trekt op die manier de bodem los, waardoor de nieuwe heipalen minder stevig staan. Bovendien is beton goed bestand tegen drukkrachten, maar niet tegen trekkrachten. Je kunt een paal dus alleen maar optrekken als die over de hele lengte voorzien is van voldoende wapening.“

Trilblok

Als de palen er toch uit moeten, gebeurt dat volgens Dieteren in de meeste gevallen met behulp van een holle buis. Die wordt om de heipaal geplaatst en met een trilblok aan een kraan de grond in gerammeld. Daarna wordt het zand tussen de buiswand en de heipaal weggespoten en kan de laatste met een kraan op worden getrokken. Vervolgens haalt men de buis naar boven en dicht men het gat met zand of bentoniet, een soort klei dat het ook goed doet als kattenbakvulling.

Ook een vraag voor de rubriek ‘KIJK antwoordt’? Mail hem naar info@kijkmagazine.nl! Deze vraag kon je vinden in KIJK 1/2017.